Yoga Sutras 4.22-4.26: Buddhi en Bevrijding
YOGA SUTRAS 4.22-4.26 BUDDHI, ONDERSCHEIDINGSVERMOGEN EN BEVRIJDING
4.22 Wanneer het onveranderlijke Bewustzijn de vorm van dat subtielste aspect van het veld van de mind aan lijkt te nemen (4.18), dan is de ervaring van iemands eigen cognitieve proces mogelijk.
chitteh apratisamkramayah tad akara apattau sva buddhi samvedanam
chitteh = van de mind, van het bewustzijn van het veld van de mind
apratisamkramayah = onveranderlijke, niet bewegen
tad = dat
akara = vorm
apattau = aangenomen, omgevormd tot, afspiegeling
sva = eigen
buddhi = weten, kenner
samvedanam = kennen, identificeren, ervaren
4.23 Daardoor heeft het veld van de mind, dat gekleurd is door/met zowel ziener als het geziene, de potentie om alle objecten waar te nemen.
drastri drisya uparaktam chittam sarva artham
drastri = ziener
drisya = geziene
uparaktam = gekleurd
chittam = van de mind, van het bewustzijn van het veld van de mind
sarva = ieder, elk, alle
artham = objecten
4.24 Dat veld van de mind, alhoewel gevuld met ontelbare indrukken, bestaat ten behoeve van een ander observerend Bewustzijn, aangezien het veld van de mind alleen in combinatie met deze indrukken werkt.
tad asankheya vasanabhih chittam api parartham samhatya karitvat
tad = dat
asankheya = ontelbare
vasanabhih = latente potenties, mogelijkheden, subliminale imprints, indrukken
chittam = van de mind, van het bewustzijn van het veld van de mind
api = alhoewel, ook
parartham = voor een ander
samhatya = in combinatie met
karitvat = actie
4.25 Voor degene die het onderscheid tussen de ziener en deze subtielste mind heeft ervaren, komen de valse identificaties en zelfs de nieuwsgierigheid naar de aard van iemands eigen zelf tot een eind.
vishesa darshinah atma bhava bhavana vinivrittih
vishesa = onderscheid
darshinah = van iemand die ziet
atma = Zelf
bhava = in de vorm van, de aard van, ten opzichte
bhavana = projectie, gevoel, reflectie
vinivrittih = volledige stopzetting
4.26 Dan neigt de mind naar het allerhoogste onderscheidingsvermogen en wordt het naar absolute bevrijding tussen ziener en geziene getrokken (gravitatie).
tada viveka nimnam kaivalya pragbharam chittam
tada = dan
viveka = discriminatie, onderscheidingsvermogen
nimnam = neigen naar
kaivalya = bevrijding, onafhankelijkheid van
pragbharam = aangetrokken worden
chittam = van de mind, van het bewustzijn van het veld van de mind
De yogasutras en hun woord voor woord vertaling zijn met toestemming vertaald van www.swamij.com