Yoga Sutras 3.1-3.3: Dharana, Dhyana, Samadhi

 
 

YOGA SUTRAS 3.1-3.3 DHARANA, DHYANA, SAMADHI STAP #6, #7, en #8

3.1 Concentratie (dharana) is het proces van het vasthouden of het fixeren van de aandacht van de mind naar en op één object of plaats, en is de zesde van de acht treden.
deshah bandhah chittasya dharana

  • deshah = plaats, object, punt, spot

  • bandhah = binding aan, vasthouden, fixeren, verenigen

  • chittasya = van de mind, bewustzijn

  • dharana = concentratie, focussen, richten van de aandacht

 
 


3.2 De herhaaldelijke voortzetting of onafgebroken stroom van dat ene punt van focus wordt absorptie in meditatie (dhyana) genoemd, en is de zevende van de acht treden.
tatra pratyaya ekatanata dhyanam

  • tatra = daar, daarin (in die plaats of desha van 3.1)

  • pratyaya = de oorzaak, het gevoel, causale of cognitieve principe, begrip, de inhoud van de mind, gepresenteerd idee, cognitie

  • ekatanata = één continue stroom van ononderbroken aandacht (eka = één; tanata = voortgezet gerichtheid)

  • dhyanam = meditatie

 
 


3.3 Die staat van diepe absorptie, wanneer enkel de essentie van dat object, plaats, of punt in de mind schijnt, alsof ontbloot van zelfs de eigen vorm, wordt diepe concentratie of samadhi genoemd, en is de achtste stap.
tad eva artha matra nirbhasam svarupa shunyam iva samadhih

  • tad = dit

  • eva = hetzelfde

  • artha = object, plaats, punt

  • matra = alleen

  • nirbhasam = straalt, verschijnt

  • svarupa = eigen vorm, eigen aard (sva = eigen ; rupe = vorm, aard)

  • shunyam = ontbloot van, zonder, leeg

  • iva = alsof, als het ware

  • samadhih = meditatie in zijn hoogste staat, diepe absorptie van meditatie, staat van geperfectioneerde concentratie

 
 

De yogasutras en hun woord voor woord vertaling zijn met toestemming vertaald van www.swamij.com