Yoga Sutras 2.35-2.45: Voordelen Yamas en Niyamas

 
 

YOGA SUTRAS 2.35-2.45 VOORDELEN VAN DE YAMAS AND NIYAMAS

2.35 Als een Yogi stevig gegrond raakt in geweldloosheid (ahimsa) zullen andere mensen die in de buurt komen, op natuurlijke wijze, elk gevoel van vijandigheid verliezen.
ahimsa pratishthayam tat vaira-tyagah

  • ahimsa = geweldloosheid, niet-schaden, niet-pijn-doen

  • pratishthayam = stevig gevestigd hebben, wordt goed geaard zijn in

  • tat = dat, zijn of haar

  • vaira-tyagah = opgeven van vijandelijkheden (vaira = vijandigheid, vijandschap, agressie; tyaga = verlaten, opgeven)

 
 


2.36 Wanneer waarheidsgetrouw (satya) is bereikt zijn de resultaten van acties, op natuurlijke wijze, in overeenstemming met de wil van de Yogi.
satya pratisthayam kriya phala ashrayatvam

  • satya = waarheidsgetrouw, eerlijkheid

  • pratisthayam = stevig gevestigd hebben, wordt goed geaard zijn in

  • kriya = acties

  • phala = vruchten, resultaten, effecten

  • ashrayatvam = komen als een gevolg van, zijn afhankelijk van, zijn ondergeschikt/dienstbaar aan (de Yogi)

 
 

2.37 Wanneer niet-stelen (asteya) is gevestigd, presenteren alle juwelen of schatten zichzelf, of zijn ze beschikbaar voor de Yogi.
asteya pratisthayam sarva ratna upasthanam

  • asteya = niet stelen, onthouding van diefstal

  • pratisthayam = stevig gevestigd hebben, wordt goed geaard zijn in

  • sarva = van alle

  • ratna = juwelen, schatten

  • upasthanam = verschijnen, komen, benaderen hem of haar, beschikbaar zijn, presenteren zich

 
 

2.38 Als het wandelen in het bewustzijn van de allerhoogste Realiteit (brahmacharya) stevig gevestigd is, dan is er een enorme kracht, capaciteit of vitaliteit (virya) verworven.
brahmacharya pratisthayam virya labhah

  • brahmacharya = wandelen in het bewustzijn van de hoogste realiteit, absolute realiteit, herinneren van het goddelijke, het beoefenen van de aanwezigheid van God, zelfbeheersing

  • pratisthayam = stevig gevestigd hebben, wordt goed geaard zijn in

  • virya = sterk zijn, kracht, vitaliteit, moed

  • labhah = wordt verworven, bereikt, opgedaan

 
 

2.39 Wanneer iemand vastberaden is in begeerteloosheid of niet-grijpen met de zintuigen (aparigraha), wordt de kennis onthuld over het ‘waarom en waarvoor’ van de voorgaande en toekomstige incarnaties.
aparigraha sthairye janma kathanta sambodhah

  • aparigraha = begeerteloosheid, vrij zijn van bezitsdrang, vrij zijn van het vasthouden via zintuigen, vrij zijn van hebzucht, niet grijpen, vrij zijn van verwennerij

  • sthairye = na stabiel zijn in, stabiliteit

  • janma = geboorte, incarnatie

  • kathanta = hoe en vanwaar

  • sambodhah = complete kennis van

 

2.40 Door reinheid en zuiverheid van lichaam en mind (shaucha), ontwikkel je een houding van afstandelijkheid of onverschilligheid naar je eigen lichaam, en heb je de neiging om niet in aanraking te komen met lichamen van anderen.
sauchat sva-anga jugupsa paraih asamsargah

  • sauchat = door reinheid, zuivering (van lichaam en mind)

  • sva-anga = iemands eigen lichaam (sva = eigen; anga = ledematen, lichaam)

  • jugupsa = afkerig maken, gedistantieerd van, afstand nemen van, weg getrokken worden

  • paraih = en met die van anderen

  • asamsargah = stopzetting van contact, niet associëren met

 
 

2.41 Door reinheid en zuiverheid van lichaam en mind (shaucha) komt er ook een zuivering van de subtiele mentale essentie (sattva), een aangenaamheid, deugdelijkheid en een gevoel van blijdschap, een gerichte één-puntigheid, het overwinnen of beheersen van de zintuigen, en een geschiktheid, kwalificatie, of bekwaamheid voor Zelf-realisatie.
sattva shuddhi saumanasya ekagra indriya-jaya atma darshana yogyatvani cha

  • sattva = zuiverste subtiele essentie, interne wezen/zijn

  • shuddhi = zuivering van

  • saumanasya = hoge ruimdenkendheid, vrolijkheid, helderheid, aangenaamheid, goedheid, vreugde

  • ekagra = één-puntigheid (eka = één; agra = puntigheid, gerichtheid)

  • indriya-jaya = controle over de zintuigen (indriya = actieve and cognitieve zintuigen ; jaya = controle, regulatie, bemeestering)

  • atma = van het Zelf, centrum van bewustzijn zijn

  • darshana = realisatie, zien, ervaren

  • yogyatvani = geschikt voor, gekwalificeerd zijn voor

  • cha = en

 

2.42 Met een houding van tevredenheid (santosha) wordt een onovertroffen geluk, mentaal comfort, vreugde, en voldoening verworven.
santosha anuttamah sukha labhah

  • santosha = tevredenheid

  • anuttamah = onovertroffen, extreem, opperst

  • sukha = plezier, geluk, comfort, vreugde, voldaan

  • labhah = wordt verworven, bereikt, opgedaan

 
 

2.43 Door onthouding of training van de zintuigen (tapas) komt er een vernietiging van mentale onzuiverheden en een daaropvolgend meesterschap of perfectie over het lichaam én de actieve en cognitieve mentale zintuigen (indriyas).
kaya indriya siddhih ashuddhi kshayat tapasah

  • kaya = van het fysieke lichaam

  • indriya = actieve en cognitieve zintuigen

  • siddhih = meesterschap, verwezenlijking, perfectie

  • ashuddhi = van onzuiverheden

  • kshayat = verwijdering, vernietiging, eliminatie

  • tapasah = training van de zintuigen, ascese (boetedoeningen, ontzeggingen, afstand doen)

 
 

2.44 Met zelf-studie en reflectie op de heilige woorden (svadhyaya), kom je in contact of maak je verbinding met die onderliggende natuurlijke realiteit of kracht.
svadhyayat ishta devata samprayogah

  • svadhyayat = zelfstudie, reflecteren op de heilige woorden

  • ishta-devata = de onderliggende natuurlijke werkelijkheid of kracht die de voorkeur heeft, gekozen, (ista = verlangen, aanbidden, gekozen, favorite, devata = kracht)

  • samprayogah = verbonden met, in contact, gemeenschap met

 
 

2.45 Met een houding van loslaten naar en in je eigen bron (ishvara pranidhana) wordt de staat van geperfectioneerde concentratie (samadhi) bereikt.
samadhi siddhih ishvarapranidhana

  • samadhi = diepe absorptie van meditatie, staat van geperfectioneerde concentratie

  • siddhih = bereiken, meesterschap, verwezenlijking, perfectie

  • ishvara = creative bron, causaal veld, God, hoogste Guru of leraar

  • pranidhana = het beoefenen van de aanwezigheid, inzet, toewijding, overgave van de vruchten van practice

 
 

De yogasutras en hun woord voor woord vertaling zijn met toestemming vertaald van www.swamij.com