Yoga Sutras 1.30-1.32: Obstakels en Oplossingen

 
 

YOGA SUTRAS 1.30-1.32 OBSTAKELS EN OPLOSSINGEN

1.30 Vanzelfsprekend kom je op het pad negen verschillende afleidingen tegen als zijnde obstakels, namelijk lichamelijke ziekte, neiging van de mind om niet efficiënt te functioneren, twijfel of besluiteloosheid, gebrek aan aandacht voor het nastreven van de middelen die leiden tot samadhi, luiheid in mind en lichaam, het niet kunnen reguleren van de wensen voor wereldse objecten, verkeerde aannames of gedachten, falen in het bereiken van stadia in de practice, en instabiliteit in het behouden van een niveau van practice zodra het is bereikt.
vyadhi styana samshaya pramada alasya avirati bhranti-darshana alabdha-bhumikatva anavasthitatva chitta vikshepa te antarayah

  • vyadhi = aandoening, ziekte

  • styana = mentale luiheid, inefficiëntie, nietsdoen, uitstel, sufheid

  • samshaya = besluiteloosheid, twijfel

  • pramada = onzorgvuldigheid, nalatigheid

  • alasya = traagheid, loomheid, luiheid

  • avirati = sensualiteit, gebrek aan onthechting, falen om van wereld af te keren, verlangen

  • bhranti-darshana = onjuiste standpunten of perceptie, verwarring van filosofieën (bhranti = onjuiste; darshana = inzichten, perceptie)

  • alabdha-bhumikatva = falen in het bereiken van stadia in de practice (alabdha = niet bereiken, niet verwerven; bhumikatva = stadium, staat, vaste ondergrond)

  • anavasthitatva = instabiliteit, glijden, het onvermogen om te behouden

  • chitta-vikshepa = afleidingen van de mind (chitta = veld van de mind; vikshepa = afleidingen, afwijkingen)

  • te = ze zijn, dit zijn

  • antarayah = obstakels, belemmeringen

 

1.31 Tevens verschijnen er nog vier andere gevolgen uit deze obstakels, deze zijn: 1) Mentale of fysieke pijn, 2) verdriet en verslagenheid, 3) rusteloosheid, trillen, of angst, en 4) onregelmatigheden in de in- en uitademhaling.
duhkha daurmanasya angam-ejayatva shvasa prashvasah vikshepa sahabhuva

  • duhkha = pijn (mentale of fysieke)

  • daurmanasya = verdriet, wanhoop, neerslachtigheid, frustratie, depressie, angst, verslagenheid

  • angam-ejayatva = onrust, wankel, beweging, trillen van de ledematen of lichaam (anga = ledematen of lichaam, ej= trillen)

  • shvasa = inhalatie, inspiratie (implicerend onregelmatige inhalatie)

  • prashvasah = uitademing, expiratie (implicerend onregelmatige uitademing)

  • vikshepa = afleidingen

  • sahabhuva = metgezellen, correlaten

 

1.32 Om deze negen obstakels en hun vier gevolgen te voorkomen of ermee om te gaan, wordt aanbevolen om de mind één-puntig te maken; train het om te focussen op een enkel principe of object.
tat pratisedha artham eka tattva abhyasah

  • tat = die, hun

  • pratisedha = preventie, ontkenning, neutraliseren, verbod, tegengestelde, verwijdering

  • artham = voor, ten behoeve van, teneinde

  • eka = enkel

  • tattva = waarheid, principe, onderwerp, werkelijkheid

  • abhyasah = practice/beoefening, cultiveren van een gewoonte

De yogasutras en hun woord voor woord vertaling zijn met toestemming vertaald van www.swamij.com