Yoga Sutras 2.10-2.11: Omgaan met Subtiele Gedachten

 
 

YOGA SUTRAS 2.10-2.11 OMGAAN MET SUBTIELE GEDACHTEN DIE HET ZELF VERSLUIEREN

2.10 Als de vijf soorten kleuringen (kleshas) in hun subtiele, zuivere potentiële vorm zijn, worden ze vernietigd als ze verdwijnen in het veld van de mind én als het veld van de mind zelf ophoudt.
te pratipasava heyah sukshmah

  • te = deze

  • pratipasava = involutie, oplossen terug naar de oorzaak van waaruit ze zijn ontstaan

  • heyah = worden overwonnen, verminderd, verlaten, vernietigd, geëlimineerd

  • sukshmah = subtiel

 

2.11 Als de modificaties nog steeds een beetje potentie van kleuring (klishta) bevatten, worden ze doormiddel van meditatie (dhyana) naar de staat van zuivere potentie gebracht.
dhyana heyah tat vrittayah

  • dhyana = meditatie

  • heyah = worden overwonnen, verminderd, verlaten, vernietigd, geëlimineerd

  • tat = deze

  • vrittayah = operaties, activiteiten, schommelingen, modificaties, wijzigingen, of verschillende vormen van het veld van de mind

De yogasutras en hun woord voor woord vertaling zijn met toestemming vertaald van www.swamij.com